Sergio Garcia heeft de 100ste editie van het Dutch Open gewonnen. Met een score van achttien onder par na vier dagen topgolf op The International bleef hij Nicolai Højgaard één slag voor. Wil Besseling is de beste Nederlander op een gedeeld zevende plaats (-11).
De strijd om de titel leek lang te gaan tussen Sergio Garcia en Callum Shinkwin, die bij elkaar in flight zaten. De Engelsman speelde echter een teleurstellende tweede 9 met twee bogeys en een double bogey waardoor hij zichzelf uitschakelde voor de winst. Een flight voor Garcia was het 18-jarige Deense talent Højgaard juist wel bezig met een sterke tweede 9 waardoor Garcia en Højgaard in slagen gelijk kwamen. Nadat het Deense toptalent een bogey sloeg op 16 en Garcia even later een birdie leek het beslist in het voordeel van de Spanjaard. Het werd echter toch nog één laatste keer spannend toen Garcia 17 bogeyde en Højgaard een eagle-putt van vier meter had voor -18 op de slothole. Deze kreeg hij niet in de hole en dus was de opdracht voor Garcia simpel: par maken voor de titel bij zijn debuut in het Dutch Open. De 39-jarige routinier faalde niet en dus was de overwinning in de jubileumeditie een feit.
Nederlanders
Het was een uitstekend toernooi van de Nederlandse spelers met twee spelers in de top 10. De beste was Wil Besseling. Hij heeft de Gerard de Wit Medal in ontvangst genomen. Deze wordt ieder jaar uitgereikt aan de beste Nederlander op het Dutch Open. Besseling speelde een foutloze laatste ronde en sloeg twee birdies wat hem op -2 voor de dag brengt en -11 voor het toernooi. Hij is daarmee zevende geworden en dat is zijn beste prestatie tot dusver op het Dutch Open. Besseling vindt het mooi dat hij de beste Nederlander is, maar hecht meer waarde aan zijn top 10-notering: ‘Het is een extra en dat is altijd fantastisch maar de manier waarop ik speelde, de top 10, dat doet voor mij veel meer. Het is een mooie bevestiging dat ik het niveau goed aankan op dit moment.’
De andere Nederlander in de top 10 is tweevoudig winnaar Joost Luiten. Met een score van -10 is hij gedeeld tiende geworden. Al met al waren het vier redelijk frustrerende dagen voor Luiten, zijn spel was niet onaardig, maar het putten was ver onder de maat: ‘Het is frustrerend om te zien dat je met de beste mee kan op de wereld met ball striking en dat je achterin het veld staat met putten. Putten heeft met vertrouwen te maken en dit weekend heb ik niet met vertrouwen op de greens gestaan.’
De Robbie van Erven Dorens Trophee voor beste amateur ging dit jaar naar Koen Kouwenaar. De eerste twee rondes van het 21-jarige golftalent waren ijzersterk met rondes 68 en 70. Het tweede deel van het toernooi viel hij iets terug met 75 en 74. Uiteindelijk is de topamateur op de 60ste plaats geëindigd met -1.
Ook Rowin Caron speelde een uitstekend toernooi. Hij is als 27ste geëindigd met -7. Reinier Saxton (+2) werd 67ste, Sven Maurits (+6) eindigde op plek 72.
